https://ia800404.us.archive.org/9/items/TheDaVinciCode_201308/The%20Da%20Vinci%20Code.pdf
The Da Vinci Code is a 2003 mystery thriller novel by Dan Brown. It is Brown’s second novel to include the character Robert Langdon: the first was his 2000 novel Angels & Demons. The Da Vinci Code follows “symbologist” Robert Langdon and cryptologist Sophie Neveu after a murder in the Louvre Museum in Paris causes them to become involved in a battle between the Priory of Sion and Opus Dei over the possibility of Jesus Christ and Mary Magdalene having had a child together.
Dan Brown (Exeter (New Hampshire), 22 juni 1964) is een Amerikaans schrijver van thrillerfictie, voormalig popzanger en pianist en het meest bekend van De Da Vinci Code. Zijn boeken behoren tot het genre fact fiction (faction), waarbij een verzonnen verhaal wordt verteld met een historische en wetenschappelijke achtergrond. Brown is geïnteresseerd in cryptografie en heeft een passie voor codes, symbolen en complottheorieën. Tot dusver werden al meer dan 220 miljoen exemplaren van zijn boeken verkocht in meer dan 40 verschillende talen, waaronder het Nederlands, Frans, Duits en Italiaans.
Levensloop
Brown groeide op op de campus van de Phillips Exeter Academy, een van de meest prestigieuze kostscholen van Amerika. Zijn vader was daar leraar wiskunde. Brown studeerde Engelse literatuur en kunstgeschiedenis aan het Amherst College (Massachusetts), waar hij in 1986 zijn diploma haalde. Daarnaast studeerde hij ook nog in het Spaanse Sevilla.
Na zijn studie gaf hij Spaanse les in Californië, was zanger, schreef liedjes en gaf – in de voetsporen van zijn vader – enige tijd Engelse les aan de Phillips Exeter Academy, waar hij vroeger zelf ook onderwijs volgde. Hij trouwde met Blythe Newlon (1952), die hem hielp met zijn carrière als popzanger en later als schrijver. Zij werd door Dan Brown omschreven als ‘kunsthistorica en schilder’, hoewel zij niet als zodanig is opgeleid of optreedt. Samen voerden zij het onderzoek uit voor zijn boeken, zo bleek bij de rechtszaak over The Da Vinci Code. In 2019 gingen ze uit elkaar en in 2021 scheidden ze.
De Da Vinci Code
In 1998 verscheen zijn debuutthriller Digital Fortress, in het Nederlands verschenen met de titel Het Juvenalis Dilemma, maar Brown brak internationaal pas door met zijn vierde thriller De Da Vinci Code, die in 2004 in talrijke landen (waaronder België en Nederland) maandenlang de bestsellerlijsten aanvoerde. Het boek draait voornamelijk om pseudohistorische complottheorieën die vanaf de jaren 1980 populair werden door boeken als Het heilige bloed en de heilige graal van Michael Baigent c.s. Brown kreeg er de bijnaam ‘de Umberto Eco voor de gewone man’ door, omdat Eco in De slinger van Foucault enigszins verwante thema’s verwerkte.
Film
De Da Vinci Code werd in 2006 als The Da Vinci Code verfilmd door regisseur Ron Howard, met Tom Hanks en Audrey Tautou in de hoofdrollen. Critici kraakten de film af, die evenwel 750 miljoen dollar opbracht. Brown en zijn vrouw zijn zelf als figurant in de film te zien. Brown componeerde een deel van de muziek van de film en is te horen als zanger.
Ook het boek Het Bernini Mysterie werd verfilmd en is in mei 2009 uitgebracht in de bioscoop met opnieuw Tom Hanks in de hoofdrol.
In oktober 2016 verscheen de verfilming van zijn boek Inferno in de bioscopen.
Rechtszaken
Brown werd van plagiaat beschuldigd door zowel de romanschrijver Lewis Perdue als Michael Baigent en Richard Leigh, non-fictieschrijvers over onder meer de Heilige graal.
De aanklacht van Perdue werd ongegrond verklaard.
Brown verscheen voor de tweede zaak in februari 2006 voor de Britse rechter. Baigent en Richard Leigh beschuldigden Brown ervan hun ideeën te hebben overgenomen uit het boek dat ze samen met co-auteur Henry Lincoln schreven en dat eveneens door Random House werd uitgegeven. Ze eisten vijftien miljoen euro schadevergoeding. Brown zelf heeft naar schatting ruim 300 miljoen verdiend aan zijn succesvolle boeken, en hierin staan meerdere verwijzingen naar het boek van Baigent en Leigh. Zo gebruikt Brown in De Da Vinci Code ‘sir Leigh Teabing’ als naam voor de schurk, wat een anagram is van de achternamen van de twee auteurs van het eerdere werk. Bovendien laat hij het personage Teabing mank lopen, net als Lincoln. In april 2006 werd de beschuldiging van inbreuk op de auteursrechten echter niet gegrond verklaard. Anders zouden fictieschrijvers in het algemeen problemen krijgen als ze non-fictie-boeken als inspiratie en bron gebruiken.
De rechter in deze plagiaatzaak, Peter Smith, had tevens een eigen ‘code’ verstopt in zijn uitspraak. Een aantal letters in de tekst was schuingedrukt en vormde zo de code. De letters in de eerste paragrafen spelden ‘smithy code’; de rest luidde ‘jaeiextostgpsacgreamqwfkadpmqzv’. Een advocaat uit Londen decodeerde dit tot ‘Jackie Fisher who are you Dreadnought’ (lett: Jackie Fisher, wie ben je durfal), een verwijzing naar een Britse admiraal. Dreadnought is de naam van een schip dat op het moment van het proces 150 jaar geleden te water werd gelaten.
Kritiek
Brown wordt door velen als anti-christelijk beschouwd vanwege De Da Vinci Code. In de Verenigde Staten viel de film slecht door de impliciete kritiek op de Katholieke Kerk en het verhaal over de nakomelingen van Jezus en Maria Magdalena. Volgens zijn website echter is Brown een christen. https://nl.wikipedia.org/wiki/Dan_Brown
The Da Vinci Code is a 2006 American mystery thriller film directed by Ron Howard, written by Akiva Goldsman, and based on Dan Brown‘s 2003 novel of the same name. The first in the Robert Langdon film series, the film stars Tom Hanks, Audrey Tautou, Sir Ian McKellen, Alfred Molina, Jürgen Prochnow, Jean Reno and Paul Bettany. In the film, Robert Langdon, a professor of religious symbology from Harvard University, is the prime suspect in the grisly and unusual murder of Louvre curator Jacques Saunière. On the body, the police find a disconcerting cipher and start an investigation. Langdon escapes with the assistance of police cryptologist Sophie Neveu, and they begin a quest for the legendary Holy Grail. A noted British Grail historian, Sir Leigh Teabing, tells them that the actual Holy Grail is explicitly encoded in Leonardo da Vinci‘s wall painting, The Last Supper. Also searching for the Grail is a secret cabal within Opus Dei, an actual prelature of the Holy See, who wish to keep the true Grail a secret to prevent the destruction of Christianity.
The film, like the book, was considered controversial. It was met with especially harsh criticism by the Catholic Church for the accusation that it is behind a two-thousand-year-old cover-up concerning what the Holy Grail really is and the concept that Jesus Christ and Mary Magdalene were married and that the union produced a daughter, as well as its treatment of the organizations Priory of Sion and Opus Dei. Many members urged the laity to boycott the film. In the book, Dan Brown states that the Priory of Sion and “all descriptions of artwork, architecture, documents and secret rituals in this novel are accurate.”
The film grossed $224 million in its worldwide opening weekend and a total of $760 million worldwide, becoming the second-highest-grossing film of 2006, as well as Howard’s highest-grossing film to date. However, the film received generally negative reviews from critics. It was followed by two sequels, Angels & Demons (2009) and Inferno (2016).
Plot
Jacques Saunière, a Louvre curator, is pursued through the Grand Gallery by an albino Catholic monk named Silas, who demands the location of the Priory’s “keystone” to find and destroy the Holy Grail. Saunière gives him a false lead and is murdered. The police find his body posed like Da Vinci’s Vitruvian Man. Police captain Bezu Fache has his lieutenant, Jérôme Collet, summon American symbologist Robert Langdon, who is in Paris for a lecture on the interpretation of symbols, to examine Saunière’s body.
Langdon is shown the body and a secret message, readable only by blacklight. It contains an out-of-order Fibonacci sequence. Sophie Neveu, a police cryptographer and Saunière’s granddaughter, tells Langdon that Fache planted a tracker on him after finding the words, “P.S. Find Robert Langdon” at the end of Saunière’s secret message. Fache believes that Langdon murdered Saunière. Sophie throws away the tracker, distracting the police while they sneak around the Louvre, finding more clues in Leonardo da Vinci‘s works. Langdon deduces that Saunière was the grand master of the Priory of Sion.
Silas works for an anonymous person referred to as “The Teacher”, along with members of Opus Dei, led by Bishop Aringarosa. Langdon and Sophie travel to a French bank and access Saunière’s safe deposit box by using the Fibonacci sequence. Inside is a cryptex, a cylindrical container that contains a message on papyrus. It can only be opened without destroying the contents by turning dials to spell a code word. As the police arrive, bank manager Andre Vernet helps Langdon and Sophie escape, then attempts to steal the cryptex and murder them. Langdon and Sophie escape with the cryptex.
They visit Langdon’s friend, Sir Leigh Teabing, a Holy Grail expert. Teabing claims the Grail is not a cup but instead is Mary Magdalene. He says she was not a prostitute but the wife of Jesus Christ. Teabing argues that Mary was pregnant during his crucifixion, and the Priory was formed to protect their descendants. The Opus Dei have been trying to destroy the Grail to preserve the credibility of the Vatican. Later, Silas breaks into Teabing’s house, but Teabing, who uses crutches, uses one to disable him. The group escapes to London via Teabing’s private plane, along with his butler, Remy Jean. Their interpretation of a clue hidden in the cryptex box leads them to the Temple Church, where they find nothing. Remy, who claims to be the Teacher, frees Silas. Remy takes Teabing hostage, dumping him in the car trunk, and taking Silas to hide out in an Opus Dei safe house. Teabing, who is revealed as the Teacher, later poisons Remy and sends the police after Silas. Police shoot Silas after accidentally wounding Aringarosa, who is promptly arrested by Fache, who resents being used to hunt Langdon.
Teabing, who wants to bring down the Church for centuries of persecution and deceit, confronts Langdon and Sophie. Now understanding the true meaning behind the clue to unlocking the cryptex, the trio goes to Westminster Abbey to the tomb of Sir Isaac Newton, a former grand master of the Priory. Teabing demands that the pair open the cryptex. Langdon tries and seemingly fails before suddenly tossing the cryptex into the air. Teabing dives for and catches it, but the vial breaks and the papyrus is thought destroyed. The police arrive to arrest Teabing, who realizes Langdon must have solved the cryptex’s code and removed the papyrus before throwing it. The code is revealed to be “APPLE”, after the apocryphal myth of the apple which led Newton to discover his law of universal gravitation. The clue inside the cryptex, which tells of the Grail hiding “‘neath the rose,” leads Langdon and Sophie to Rosslyn Chapel in Scotland.
Inside the chapel, they discover a secret room where Magdalene’s tomb has been removed. Langdon, after searching through documents, realizes that Sophie’s family died in a car crash, that Saunière was not her grandfather but her protector, and that she is the last descendant of Jesus Christ. The two are greeted by several members of the Priory, including Sophie’s grandmother, who promises to protect her. Langdon and Sophie part ways, the former returning to Paris. While shaving, he cuts himself and has an epiphany when his blood curves down the sink, reminding him of the Rose Line. Realizing the true meaning of the cryptex clue, he follows the line to the Louvre, concluding the Holy Grail is hidden below the Pyramide Inversée. Langdon kneels atop it and the sarcophagus of Mary Magdalene is seen in a secret underground chamber. https://en.wikipedia.org/wiki/The_Da_Vinci_Code_(film)
The Da Vinci Code
A murder in the Louvre and clues in Da Vinci paintings lead to the discovery of a religious mystery protected by a secret society for two thousand years — which could shake the foundations of Christianity. (Original Title – The Da Vinci Code) © 2006 Columbia Pictures Industries, Inc. All Rights Reserved.
Ein Bischof des Opus Dei
Dietmar Scharmitzer: SCHÜTZENHILFE VOM BISCHOF (5. Mai 2008)
Wie ernst das Opus Dei einerseits die Wahrhaftigkeit, andererseits den „Dienst an der Kirche, wie ihn die Kirche will“, nimmt, erlaubt ein Blick auf die österreichische Homepage der Vereinigung (www.opusdei.at). Um der Befürchtung, das „Werk Gottes“ bilde eine „Kirche in der Kirche“ und arbeite nicht vor allem, sondern letztlich immer und ausschließlich für den eigenen Vorteil, den Wind aus den Segeln zu nehmen, hat man es für nötig befunden, den Generalvikar der Vereinigung, Monsignore Fernando Ocáriz, in einem Interview, das vom 1. April 2008 datiert ist, auch darüber sprechen zu lassen, was unter einem „Bischof des Opus Dei“ zu verstehen sei:
ZENIT: Ist es richtig zu sagen, dass es „Bischöfe vom Opus Dei“ gibt?
Msgr. Ocáriz: Das hängt davon ab, was mit diesem Satz gemeint ist. Wenn ein Priester aus dem Presbyterium der Prälatur vom Papst zum Bischof ernannt wird, wie dies schon etliche Male vorgekommen ist, dann passiert ihm dasselbe wie jedem Diözesanpriester: Er hört auf, zu seinem bisherigen kirchlichen Jurisdiktionsbereich zu gehören und bekommt denselben kirchenrechtlichen Status wie jeder sonstige Bischof. Andererseits behält er seinen geistlichen Beistand von Seiten der Prälatur. Selbstverständlich hat der Prälat des Opus Dei hinsichtlich der Aufgaben dieser Bischöfe keinerlei Befugnisse.
Wie das allerdings in der Praxis zu aussieht, verrät ein anderer Artikel derselben Seite vom 23. April 2008, in dem suggeriert wird, die Jugendarbeit des „Werkes“ befinde sich auf dem Vormarsch; in Wahrheit bemüht man sich verzweifelt, überall dort, wo, mit viel echtem Eifer und viel falschem Charme, eine Handvoll Mütter für die Vereinigung gewonnen werden konnte, eine organisierte Jugendbetreuung auf die Beine zu stellen, um wenigstens den einen oder anderen Minderjährigen für die überalterte Sekte zu gewinnen:
Club Delphin goes Amstetten
Der Leiter des Clubs, Emanuele Bertolaso, erläuterte den rund 50 Gästen Ziel und Aktivitäten des Jugendclubs; dabei erhielt er prominente Unterstützung:
Den Höhepunkt der Veranstaltung stellte der Vortrag des St. Pöltener Diözesanbischofs Klaus Küng dar, der von seinen Begegnungen mit dem Hl. Josefmaria Escrivá erzählte. Dieser habe ein besonderes Gespür für den heiligenden Wert des Alltags gehabt. So habe der Heilige, erzählte der Bischof, eines Tages eine Gruppe junger Leute um sich versammelt, um ihnen, nachdem in einem Zimmer ein Fenster offen gelassen worden war, deutlich und zugleich liebevoll zu sagen, dass man ein geöffnetes Fenster, wenn es draußen kalt ist, schließen müsse. Ansonsten lebe man nicht in der Gegenwart Gottes, sondern „auf dem Mond“. Die Heiligkeit, resümierte Bischof Küng, sei etwas für alle und könne trotz der persönlichen Fehler und Unvollkommenheiten im täglichen Leben erreicht werden.
Danach konnte man sich im ungezwungenen Ambiente des Hotels mit dem Bischof und anderen Anwesenden im Smalltalk austauschen.
Sieh an. Die Werbung für die eigene Familie auf Samtpfötchen ist für den Numerarier im Hirtenpelz aber nichts Neues:
Im Juli 1991 fuhr der Bischof von Feldkirch mit einem Autobus seiner „Schäfchen“ zum Opus-Dei-Wallfahrtsort Torreciudad; am 10. Jänner 2002 besuchte er den Mitteleuropäischen Kongress des Opus Dei in Wien; am 18. November 2007 hatte er, gemeinsam mit dem Bruder des Papstes, ein Gastspiel in Opus-Dei-Einkehrhaus Hohewand. Die Liste ließe sich bei Bedarf verlängern; wann auch immer die Herren aus der Wiener Argentinierstraße Verstärkung brauchen, genügt ein Anruf bei Bernhard Augustin, und der Bischof kommt sogar, um Werbung für einen neuen Jugendclub zu machen. Der schamlose Missbrauch kirchlicher Machtinsignien und bischöflicher Autorität zugunsten einer Gruppe am Rand des Katholischen spricht Bände.
„Wir tragen kein Abzeichen“, sagte er am 24. Mai 2006 in einem Interview im „Standard“.
In welchen Pferch treibt dieser Hirt seine Schafe? https://www.opus-info.org/index.php?title=Ein_Bischof_des_Opus_Dei
https://www.opus-info.org/index.php/Category:Dietmar_Scharmitzer
Opus nee
Naar navigatie springenNaar zoeken springen
Een handleiding tot Opus Dei, het zout der aarde zoals we het nog nooit hebben gegeten.
Door Dimitri Knobbe
Inleiding
Als woningzoekende in Amsterdam kwam ik in augustus 1993 via een advertentie in de Telegraaf in contact met studentenhuis ‘Leidenhoven’. Zoals gebruikelijk in dit soort situaties, kreeg ik bij kennismaking niet te horen dat dit huis werd geleid door celibataire leden van Opus Dei. De twee collegejaren die ik hier verbleef zouden mij nog lange tijd bijblijven. Als gevolg van persoonlijke problemen en de drukkende sfeer in Leidenhoven werd ik psychotisch – met messiaanse aspiraties als gevolg van een overmatig zondebesef – en moest voor een periode van twee maanden worden opgenomen. Bij terugkomst in Leidenhoven werd mij door de Opus Dei-leiding aangeraden geen gewag te maken van wat was gebeurd. Straks zou iedereen maar denken dat “Dimitri zo gek is als een deur”. Aan mijn nog voortdurende labiele situatie werd vervolgens slechts met nauwverholen spot tegemoet gekomen. Pas later kon ik deze praktijk van Opus Dei, van het (publiekelijk) belachelijk maken van een persoon, plaatsen in het kader van het geven van geestelijke aalmoezen, eleemosynae spiritualis, ter verbetering van zijn gebreken. Voor de psychologische nazorg werd ik door de directie van Leidenhoven in contact gebracht met “een vriend van het huis”. Deze psycholoog zei dat alleen het katholicisme de wereld kon redden, dat ik in plaats van zeuren moest bidden en vechten en dat ik beter met mijn ouders kon breken om hen pas op het sterfbed weer op te zoeken.
Alleen een lid van Opus Dei kan zoiets kan zoiets met een glad gezicht zeggen. Opus Dei-leden nemen naar verloop van tijd namelijk een leven aan van wat de Spanjaarden aanduiden met de term desengaño: het niet langer koesteren van illusies over mensen of dingen. Josemaría, de stichter van Opus Dei, schrijft in zijn spreukenbundel ‘De Weg’ dan ook: “Maak je los van de schepselen, zodat je er helemaal van ontbloot bent Tot zover mijn persoonlijke getuigenis. Hoewel het mij jaren heeft gekost om los te komen van mijn kennismaking met Opus Dei vallen mijn ervaringen namelijk in het niets vergeleken bij die van talrijke anderen.
In 1996 begon ik aan een studie Theologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Toen het universiteitsblad een artikel publiceerde over stichting SVO (Studenten Voor Ontwikkeling) besloot ik de redactie op de hoogte te brengen van het feit dat het hier een Opus Dei-organisatie betrof, wat leidde tot een paginagroot artikel van een waarschuwend karakter.
Via dit artikel kwam ik in contact met een meisje dat met SVO was meegegaan naar Guatemala. Eenmaal ter plekke ontstond er bij haar en vele medereizigers grote onvrede, onder andere over het feit dat er voor vertrek nooit een woord was gerept over Opus Dei, terwijl tijdens het verblijf in Guatemala toch duidelijk bleek dat alles in het teken van deze organisatie stond. Een belangrijk feit hierbij is dat de Opusdeistas (la santa maffia) in Latijns-Amerika steevast aan de kant staan van politiek ultra-rechts.
Ook kwam ik via het bovengenoemde artikel in contact met een studentenpastor die, toen hij nog in Maastricht werkte, ouders en kinderen had gesproken die via huiswerkklasjes en dergelijke in contact waren gekomen met Opus Dei en hier zeer negatieve ervaringen aan over hadden gehouden. De rekrutering onder zeer jonge kinderen is misschien wel een van de meest controversiële aspecten van Opus Dei. De kinderen wordt meestal gezegd geen gewag te maken van hun betrokkenheid bij Opus Dei bij hun ouders (het werktuig van de duivel), die hun roeping toch niet zouden begrijpen.
In dezelfde periode werd ik ook nog gebeld door ouders wier dochter in psychische problemen geraakte tijdens haar verblijf in Opus Dei-studentenhuis ‘De Aenstal’. Zij werd op een gegeven ogenblik door een familielid met het nodige verbale geweld uit dit huis weggehaald, moest stoppen met haar studie en is jarenlang onder psychiatrische behandeling is gebleven. Mede vanwege dit soort getuigenissen heb ik mij verder verdiept in Opus Dei.
Bij de voorbereiding van dit werkje viel mij sterk op dat de meeste critici van Opus Dei aan de oppervlakte van de organisatie blijven. Zij besteden dan aandacht aan de eigenaardige kerkrechtelijke status van Opus Dei, zijn spraakmakende financiële en politieke schandalen [6], het omstreden karakter van Josemaría, de enorme machtshonger binnen het Vatikaan [8], en God mag weten wat al niet meer. Sommige auteurs komen zelfs tot eigenaardige complot theorieën [9]. Dit soort onbegrip sterkt Opus Dei-leden juist in hun overtuiging dat mensen niet de moeite willen nemen om hun organisatie te begrijpen. Op deze manier lacht de halve wereld om de andere helft en regeert dwaasheid over allen.
Mijn verstaan van Opus Dei
De spiritualiteit van Opus Dei laat zich het beste begrijpen in het licht van wat men als typisch Spaanse religiositeit kan beschouwen. Deze godsdienstigheid houdt het midden tussen de mentaliteit van een ridder en die van een monnik en is niet in de laatste plaats het gevolg van een eeuwenlange dreiging vanuit de Islam. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de meest agressieve stromingen in de katholieke kerk veelal van Spaanse komaf zijn. Te denken valt aan de orde der Dominicanen en de beruchte jezuïetenorde. Een beroemd vertegenwoordiger van de laatstgenoemde orde is Baltasar Gracían, een wereldlijk jezuïetenpriester uit het Spanje van de zestiende eeuw. Deze geestelijke wordt vaak in een adem genoemd met Machiavelli en de Chinese oorlogsstrateeg Sun Tzu. En het is dan ook een veelzeggend feit dat Josemaría naar de jezuïeten refereerde als ‘de gewone jongens’ (los de siempre) Baltasar Gracián eindigt zijn boek ‘Aardse Wijsheid’ – een verzameling raadgevingen waar het opportunisme vanaf druipt – met de uitspraak: “In een woord, wees een heilige, daarmee is alles gezegd”. Hoe kan een godsvruchtig mens met het doel de middelen heiligen? Ik zal deze vraag proberen te beantwoorden aan de hand van Baltasars adagium: “Gebruik goddelijke middelen alsof er geen menselijke bestonden en gebruik menselijke middelen alsof er geen goddelijke waren”.
Om de graduele tweedeling tussen ‘goddelijk’ en ‘menselijk’ goed te begrijpen is een juist verstaan vereist van het traditionele katholieke mensbeeld. Dit wereldbeeld is voor een belangrijk deel gebaseerd op de voor het West Europese christendom kenmerkende notie van de fenomenen ‘Genade’ en ‘Zonde’. Vanuit de schepping gezien is de gedachtegang; aan de mens (Adam) in de oertoestand heeft God gerechtigheid en heiligheid (beeld Gods) geschonken. Bij de zondeval is dit imago Dei verloren gegaan. De bedoeling van de hele heilsweg is dat de mens deze gaven weer terugkrijgt; door in gemeenschap met God te treden. Dit proces wordt op gang gezet door de gratia actualis en wordt onderscheiden van de gratia habitualis, die zich in het proces van de rechtvaardiging in de mens zal nestelen. De gratia habitualis wordt bemiddeld door het sacrament, met name die van de boete. Hier meldt zich dan in volle ernst het thema van de heilsbemiddeling van de kerk.
Dit kader is nodig om begrip te krijgen van Baltasars ‘goddelijk middelen’. En deze middelen vinden we terug in een willekeurige dag in Leidenhoven waar de wierook bepaald niet van de lucht is. Opus Dei-leden krijgen bij het maken van een buitenlandse reis theatraal de zegen van de huispriester. De dagelijkse rozenkrans wordt zonodig in de auto gebeden. Men maakt veelvuldig schietgebedjes. Bij binnenkomst en het verlaten van het huis wordt een kniebuiging gemaakt in de kapel. En ter begeleiding van het studeren hoort een bidprentje, hoewel het huis vergeven is van crucifixen en beeltenissen van Maria. Een bewoner van Leidenhoven die niet lid is van Opus Dei loopt echter de kans dat de foto van zijn vriendinnetje wordt omgedraaid door de zogenaamde auxiliares, de onzichtbare schoonmaaksters. Ondanks hun lage rang (zij staan onder een constante surveillance van een numeraire; Josemaría noemde hun zijn kleine kinderen)[11] weten zij hiermee ook blijk te geven van wat Opus Dei noemt ‘Heilige Schaamteloosheid’.
Hiermee komen wij tot Baltasars ‘menselijke middelen’. Want met ‘Heilige Schaamteloosheid’ en uiterste discretie (in ‘De Weg’ wordt er een hoofdstuk aan gewijd) wil Opus Dei de wereld naar zijn visie inrichten. Bij de hiermee gepaard gaande machinaties van Opus Dei moet men beseffen dat ook deze staan in de roomse traditie, in het bijzonder die van de omvangrijke moraalsystemen die de rooms-katholieke moraaltheologie in de loop van de zestiende tot begin twintigste eeuw uitwerkte. Deze systemen zochten een oplossing voor het probleem, hoe het individuele geweten in de spanningsverhouding van objectieve wet en subjectieve vrijheid uit twijfel tot een verantwoorde beslissing kan komen. Deze dialectiek heeft de katholieke kerk dikwijls aangewend om de gelovigen onder dreiging van hel en verdoemenis schrik aan te jagen en in een afhankelijkheidspositie te dwingen. In de praktijken (die doen denken aan het systeem van het ‘probabilisme’ dat het individu grote mate van vrijheid geeft om te handelen naar eigen inzicht) van Opus Dei spreken critici van ‘ego-destructie’. Echter speelt het fenomeen zonde strikt genomen niet dezelfde rol als in de reformatorische traditie. Het heeft in de katholieke systematische theologie het accent van de privatio boni; de mens ontbeert het goede maar is niet van natúre slecht. Vandaar het eigenaardige samengaan van ‘ego-destrucie’ met love-bombing in Opus Dei. Zo werd ik eens in alle intimiteit een vriend voor het leven genoemd. Maar een Opus Dei-lid is een dusdanige affectie eigenlijk alleen toegestaan als deze gericht is op God of Josemaría. De uitspraak moet dan ook begrepen worden als ‘Vatikanees’ voor; voor een Christen is ieder mens een vriend. Men spreekt hier wel van de beruchte reservatio mentalis; de oude jezuïetentruc van het innerlijk voorbehoud van degene die iets meedeelt of belooft, waarbij hij zijn bewoordingen zo kiest – in het bijzonder door er een andere dan de gebruikelijke betekenis aan te hechten – dat de wederpartij er niet uit kan opmaken wat hij bedoelt. Een ander voorbeeld is de suggestie van Opus Dei dat zij niets te maken heeft met de activiteiten van haar leden buiten die van de geestelijke. Dit lijkt mij een restrictio mentalis (het geestelijk voorbehoud bij het verzwijgen van de waarheid door het geven van misleidende antwoorden); want geen katholieke organisatie legt zo’n grote nadruk op de heiliging van het dagelijks leven in ál zijn facetten…
Beschuldigingen van obscurantisme worden door Opus Dei ondertussen echter steevast afgewimpeld met de bewering dat al die kritiek is terug te voeren op flaqueza, Spaans voor karakterzwakte, hetgeen een verwrongen kijk op de werkelijkheid en gekte tot gevolg heeft. Opus Dei voldoet echter tegelijkertijd aan de kenmerken van indoctrinerende sekten zoals geformuleerd door het Vatikaan [12] en elk weldenkend mens.
https://www.opus-info.org/index.php?title=Opus_nee
Faith, power, manipulation – The secrets of the Opus Dei sect | DW Documentary
For many critics, the arch-conservative Catholic community Opus Dei is a diabolical sect. However, Opus Dei (which translates to “Work of God”) sees itself in a very positive light. Even today, it’s very difficult to look into the inner world of the sect.
That’s because its 90,000 members worldwide have taken a vow of secrecy – and those who have left report persecution if they break that vow. Meanwhile, Opus Dei is working to become the most influential player in the Catholic Church. To this end, it maintains a secret network – including branches in Germany.
It is no coincidence that the German headquarters are located in Cologne – Germany‘s most powerful Catholic archdiocese. In Germany, Opus Dei is focused on trying to gain a foothold in the field of education, by running daycare centers and schools.
The examination of a daycare center in Munich shows that Opus Dei deliberately conceals its involvement in these institutions. Another component of the network is IESE, the business school of Opus Dei, which also has an offshoot in Germany. It is considered one of the best schools of its kind in the world.
In Spain, where Opus Dei originated, sect members are active in parts of the judicial and educational sectors. The documentary tries to uncover these connections in both Spain and Germany, and lets both victims and experts have their say. It also includes an interview with the head of Opus Dei, Christoph Bockamp.
For the first time, a former member from Germany reports on her ordeal in Opus Dei and the harassment she experienced after she broke away from the sect. Spaniard Carmen Charo developed mental health problems during her time in Opus Dei, due to brainwashing and psychological pressure. Today, she helps others in their journey out of Opus Dei.
Dietmar Scharmitzer is trying to do the same thing with German-speaking people who want to leave, and runs an Internet platform to help inform them. Finally, Marco Politi, an author and Vatican expert from Rome, takes stock of the influence Opus Dei has exerted since the time of Pope John Paul II.
#documentary #dwdocumentary
DW Documentary gives you knowledge beyond the headlines. Watch top documentaries from German broadcasters and international production companies. Meet intriguing people, travel to distant lands, get a look behind the complexities of daily life and build a deeper understanding of current affairs and global events. Subscribe and explore the world around you with DW Documentary.
Subscribe to: ⮞ DW Documentary (English): / dwdocumentary ⮞ DW Documental (Spanish): / dwdocumental ⮞ DW Documentary وثائقية دي دبليو (Arabic): / dwdocarabia ⮞ DW Doku (German): / dwdoku ⮞ DW Documentary हिन्दी (Hindi): / dwdochindi For more visit: http://www.dw.com/en/tv/docfilm/s-3610 Follow DW Documentary on Instagram: https://www.instagram.com/dwdocumentary/ Follow DW Documental on Facebook: https://www.facebook.com/dwdocumental We kindly ask viewers to read and stick to the DW netiquette policy on our channel: https://p.dw.com/p/MF1G
Die Geheimnisse des Opus Dei – Glaube, Macht, Manipulation Doku (2021)
Für viele Kritiker ist die erzkonservative, katholische Gemeinschaft Opus Dei (Werk Gottes) eine teuflische Sekte. Das Opus Dei hat jedoch ein völlig anderes und positives Selbstbild.
For many critics, the arch-conservative Catholic community Opus Dei is a diabolical sect. However, Opus Dei (which translates to “Work of God”) sees itself in a very positive light. Even today, it’s very difficult to look into the inner world of the sect.
That’s because its 90,000 members worldwide have taken a vow of secrecy – and those who have left report persecution if they break that vow. Meanwhile, Opus Dei is working to become the most influential player in the Catholic Church. To this end, it maintains a secret network – including branches in Germany.
It is no coincidence that the German headquarters are located in Cologne – Germany‘s most powerful Catholic archdiocese. In Germany, Opus Dei is focused on trying to gain a foothold in the field of education, by running daycare centers and schools.
The examination of a daycare center in Munich shows that Opus Dei deliberately conceals its involvement in these institutions. Another component of the network is IESE, the business school of Opus Dei, which also has an offshoot in Germany. It is considered one of the best schools of its kind in the world.
In Spain, where Opus Dei originated, sect members are active in parts of the judicial and educational sectors. The documentary tries to uncover these connections in both Spain and Germany, and lets both victims and experts have their say. It also includes an interview with the head of Opus Dei, Christoph Bockamp.
For the first time, a former member from Germany reports on her ordeal in Opus Dei and the harassment she experienced after she broke away from the sect. Spaniard Carmen Charo developed mental health problems during her time in Opus Dei, due to brainwashing and psychological pressure. Today, she helps others in their journey out of Opus Dei.
Dietmar Scharmitzer is trying to do the same thing with German-speaking people who want to leave, and runs an Internet platform to help inform them. Finally, Marco Politi, an author and Vatican expert from Rome, takes stock of the influence Opus Dei has exerted since the time of Pope John Paul II. https://www.dw.com/en/the-secrets-of-opus-dei-faith-power-manipulation/video-62292230
Herzlich Willkommen auf
opusfrei.org!
Das Feature: Opus Dei – die heilige Mafia?
(Quelle: NDR Info, Sonntag, 02. Februar 2020, 11:05 bis 12:00 Uhr)
Sie befinden sich auf einer Seite, die das Leben und die Lehre der katholischen Organisation „Opus Dei“ („Werk Gottes“) kritisch begleitet. Wir, die Redaktion, sind großteils ehemalige Mitglieder dieser Vereinigung ; dank der restriktiven Informationspolitik innerhalb des Opus sind wir über manche Vorgänge in der Geschichte des „Werkes“ und über die Bestimmungen in seinen internen Schriften zum Teil besser informiert als jene Funktionäre, die derzeit in ihm Leitungsfunktionen innehaben.
Wir verfolgen aufmerksam die Aktivitäten und Äußerungen der „Personalprälatur“ und versuchen unseren Beitrag dazu zu leisten, dass es sich, ungeachtet der postulierten „Treue“ zu seinem „heiligen“ Gründer, der es in vielem auf Irrwege geführt hat, zu dem entwickeln kann, was es zu sein vorgibt: ein Weg der Heiligkeit inmitten der Welt.
Dazu ist es allerdings notwendig, reinen Tisch zu machen. Allzu viele betrügerische Manipulationen gegenüber der Kirchenleitung haben bisher verhindert, dass sich die vatikanischen Leitungsgremien ein klares Bild der Lage machen konnten. Nun, unter dem Pontifikat Franziskus I., besteht die Chance, dass die kirchliche Hierarchie jene fragwürdigen Praktiken der Vereinigung untersucht und reguliert, die bisher nicht zur Sprache gekommen sind – aus Nachsicht gegenüber einer scheinbar wachsenden, mit zahlreichen Berufungen gesegneten Gemeinschaft, die dem polnischen Papst eine Reihe von willkommenen Gefälligkeiten erwies.
Nun aber ist zu beachten, dass es mit einem großen Schaden für die Kirche selbst verbunden wäre, wenn eine Reihe von Missbräuchen unkommentiert und ohne Sanktionen weiter betrieben würden:
die heimliche Anwerbung Minderjähriger hinter dem Rücken der Eltern; die „Aspiranten“ werden über ihren kirchenrechtlichen Status bewusst belogen, sie werden wie Mitglieder der Vereinigung geführt, und unter Missachtung der Freiheit der Gewissen wird verhindert, dass diese jungen Menschen vor der endgültigen Eingliederung jenen Weg verlassen, vom dem sie die Überzeugung gewonnen haben, dass er nicht der ihre ist;
die Desinformation und schamlose materielle Ausbeutung der Mitglieder;
die Irreführung der kirchlichen Amtsträger wie der eigenen Gläubigen, wenn nur jene die (in lateinischer Sprache verfassten) Statuten ausgehändigt bekommen, diese aber nach geheimen und von der Kirche niemals gebilligten internen Regelungen dirigiert und bevormundet werden;
die planmäßige Vermischung von äußerer Gehorsamsverpflichtung „im Geiste des Werkes“ und innerer Gewissensbildung, wie sie kanonisch streng verboten ist, und infolge dieses Missbrauchs
eine notorische und beständige Missachtung des Beichtgeheimnisses.
Ein schwieriger und langer Weg zurück von diesen zur Gewohnheit gewordenen Irrtümern steht bevor; diejenigen Besucher unserer Seite, die sich als Gläubige der katholischen Kirche verbunden fühlen, sind eingeladen, diese für alle Beteiligten harte Probe mit ihrem Gebet zu begleiten.
27 Schritte,
damit jeden Monat ein Mädchen pfeift
Die Delegationen des Opus Dei für die weibliche Abteilung in Madrid haben am 26. Juni 2004 ein internes Papier herausgebracht, wie man ein Mädchen dazu bringt, innerhalb von sechs Monaten um die Aufnahme in die Gemeinschaft zu bitten und wie solcherart jeden Monat ein Mädchen „pfeifen“ kann (die unabdingbaren Schritte sind fett gedruckt): 27 Schritte, damit jeden Monat ein Mädchen, das noch gar nichts weiß, um die Aufnahme bittet:
1. Sie kennen lernen.
2. Weggehen und über Vögel und Blumen plaudern.
3. Die Freundschaft pflegen: Sport, Ausflüge,
4. Ins Zentrum kommen.
5. Beginnen, im Zentrum zu studieren.
6. Armenbesuch.
7. Materieller Auftrag oder Hilfe im Zentrum: den Turnus machen [Wechseldienst: Kapelle herrichten etc.], dekorieren etc.
8. Betrachtung.
9. Eine Freundin ins Zentrum bringen.
10. Bildungskreis, wenn möglich mit Freundinnen.
11. Gebet
12. Geistliche Leitung.
13. Wöchentliches Gespräch: Tag und Stunde fixieren.
14. Kreis.
15. Lebensplan I (10’ Gebet, Angelus, Besuch beim Allerheiligsten, Messe an 3 Tagen).
16. Besinnungstage.
17. Lebensplan II (15’ Gebet, Angelus, Besuch beim Allerheiligsten, Rosenkranz, Messe an 3 Tagen).
18. Teilnahme an einer Wochenendkonvivenz.
19. Buch über das Werk.
20. Lebensplan III (20’ Gebet, Angelus, jeden Tag Messe, Besuch beim Allerheiligsten und Rosenkranz).
21. Film über unseren Vater: Andacht zu unserem Vater.
22. Den örtlichen Rat überzeugen.
23. Über die Bitte um die Aufnahme reden, Besuch bei den Armen Unserer Lieben Frau, falls noch nicht geschehen.
24. Gespräch mit der Drektorin.
25. Kurze Gespräche mit dem Priester vorbereiten: Sie soll ihm ihre Vorsätze und das erzählen, was sie im Gebet sieht.
26. Wallfahrt, um Licht zu erbitten.
27. Brief.
Madrid, 26. Juni 2004.
Quelle: http://www.opuslibros.org/html/27_PASOS.htm
https://opusfrei.org/neu.php
https://opusfrei.org/berufungsfalle.html
https://opusfrei.org/texteueopusdei8.php
https://opusfrei.org/show.php?id=413
https://opusfrei.org/legende.html
https://opusfrei.org/show.php?id=386
https://opusfrei.org/texteueopusdei2.php
https://opusfrei.org/27schritte.htm
https://opusfrei.org/show.php?id=918