Een wet van Meden en Perzen – Meden en Perzen afgebeeld in Persepolis, Iran uit de 5e eeuw v.Chr.. – cc
Als iets een ‘Wet van Meden en Perzen’ is, dan hebben we het normaal gesproken over een zeer strikte regel. En als iets juist geen Wet van Meden en Perzen, valt er dus wel te onderhandelen en kan er mogelijk wel afgeweken worden van een eerder gemaakte afspraak. De uitdrukking is afkomstig uit de bijbel.
De Meden en de Perzen zijn volken uit het Midden-Oosten. De Perzen kwamen uit Perzië en de Meden uit een gebied in het huidige West-Iran. Op twee plekken in de bijbel wordt gerefereerd aan de wetten van de Meden en Perzen, namelijk in de Bijbelboeken Esther en Daniël.
Een opstandige vrouw
Het boek Esther verhaalt over koning Ahasveros die in de vijfde eeuw voor Christus een feestmaal geeft en zijn vrouw Wasti aan de gasten wil tonen, vermoedelijk naakt. Als de koning zijn vrouw laat halen, weigert Wasti echter te komen. Ahasveros overlegt hierna met zijn raadgevers. Een van hen stelt dat de Wasti een grote misdaad heeft begaan en dat het risico bestaat dat meer vrouwen in het koninkrijk nu ongehoorzaam worden aan hun man. In Esther 1:19 staat vervolgens:
“Als het de koning goeddunkt, laat hij dan een koninklijk besluit uitvaardigen dat schriftelijk in de wetten van Perzië en Medië wordt vastgelegd, zodat het niet kan worden herroepen. Hierin moet bepaald worden dat Wasti koning Ahasveros niet meer onder ogen mag komen en dat de koning haar koninklijke waardigheid aan een ander zal geven, die beter is dan zij.” (NBG)
Daniël en de leeuwenkuil
Daniël in de leeuwenkuil. Schilderij door Briton Rivière, 1890
In het boek Daniël is ook een verwijzing te vinden naar de wetten van Meden en Perzen. In het boek beschrijft de profeet Daniël de ontwikkelingen aan het hof van de Medische heerser Darius. Die heeft op een dag bepaald dat er gedurende een zeker tijd niet gebeden mag worden, tot welke god dan ook.
Als Daniëls vijanden erachter komen dat de profeet ondanks het koninklijk besluit nog altijd bidt tot god, gaan ze onmiddellijk naar Darius…
“…en wezen hem op het koninklijk besluit: ‘Hebt u geen verbod op schrift laten stellen dat ieder mens die de komende dertig dagen een verzoek tot een god of een mens richt in plaats van tot u, majesteit, in de leeuwenkuil zal worden geworpen?’ De koning antwoordde: ‘Die verordening ligt even vast als elke wet van de Meden en de Perzen, ze kan niet worden herroepen.’” Daniël 6: 13b-14
Daniël werd hierna in de leeuwenkuil gegooid, maar door goddelijke tussenkomst deden de leeuwen hem niets.
De Meden (Koerdisch: Ianmperatoriya Medî) (in het Oudperzische Māda-; Oudgrieks: Μᾶδοι Madoi) waren een Iraans volk die de grootouders zijn van de hedendaagse Koerden. Ze bewoonde een gebied in het tegenwoordige Iran en Koerdistan. Volgens Herodotus zou er sprake zijn geweest van een Medisch rijk met als hoofdstad Ecbatana, het huidige Hamadan. Deioces zou de verschillende stammen verenigd hebben in een rijk dat onder Cyaxares zijn grootste macht zou hebben gehad. Tegenwoordig wordt het bestaan van een verenigd Medisch rijk echter sterk betwijfeld, omdat archeologische aanwijzingen ontbreken en omdat het verhaal van Herodotus niet overeenkomt met Assyrische en Nieuw-Babylonische bronnen.
Indo-Europeanen vestigden zich in het latere Medië (in het Zagrosgebergte en de ten oosten daarvan gelegen delen van het Iraans Plateau, ten noordwesten van Persis) rond het eind van het 2e millennium v.Chr.
Enkele archeologische vindplaatsen (ontdekt in de zogenaamde “Medische driehoek”) en tekstuele bronnen (van Assyriërs, Babyloniërs, Grieken en de Bijbel (Daniël 6:16)) geven een idee van de geschiedenis en cultuur van de Meden. Erg veel is er echter nog niet bekend, er zijn nog geen grote opgravingen van Medische steden geweest, de Assyrische bronnen zijn sporadisch en de Griekse stammen van geruime tijd later. Deze architectonische, religieuze tempels en literaire referenties tonen het belang van durende Medische bijdragen aan de Iraanse cultuur, zoals het Safavidische-Achaemenidische-Medische verband van de traditie van “audiëntiezalen met pilaren”. Een aantal woorden in de Medische taal worden nog steeds gebruikt en er zijn talen die geografisch en vergelijkbaar terug te voeren zijn op de taal van de Meden.
De Meden in Assyrische bronnen
De eerste geschreven vermeldingen van de Meden komen uit Assyrische bronnen. De oudste dergelijke vermelding is uit 834 v.Chr. De Assyrische koning Salmanasser III trok in dat jaar op tegen Namri, en ontving schatting van 27 ‘koningen’ van Parsua. Tijdens deze veldtocht bereikte hij ook Medië.
Een grote aanval op de Meden werd uitgevoerd in 819/818 door Shamshi-Adad V. Hij veroverde Gizilbunda, waarvan de koning Pirisati zich verzette, en trok op tegen Sagbita, de hoofdstad van de Medische leider Hanasiruka. Hanasiruka probeerde zich terug te trekken, maar Shamshi-Adad dwong hem tot een gevecht en versloeg hem. Sagbita en een groot aantal omliggende plaatsen werden vernield. Van die tijd af waren de Meden schatplichtig aan de Assyriërs. Bekende producten die uit Medië kwamen, waren paarden en lapis lazuli. Ook onder Sammuramat en Adad-nirari III werden expedities tegen de Meden ondernomen, maar daarna raakte Medië door de machtsuitbreiding van Urartu buiten de Assyrische invloedssfeer.
In 737 trok Tiglat-Pileser III op tegen Medië. Hij annexeerde de Medische stad Zakruti, zijn troepen kwamen tot aan de berg Bikni (over de identiteit van deze berg is geen enigheid, maar diverse historische vermoeden dat hier Damavand bedoeld wordt), en hij legde een zware schatting op. Sargon II stichtte twee Assyrische provincies in het westen van Medië, en leidde nieuwe militaire expedities naar het Medische hartland. De Meden waren ook onderworpen aan de Assyrische politiek van gedwongen verhuizingen: Sargon deporteerde Meden naar Syrië, terwijl onder meer uit Noord-Syrië en koninkrijk Israël personen naar Medië gevoerd werden.
Hierna verzwakte de greep van Assyrië op Medië. Assyrië was verwikkeld in een langdurige oorlog met Babylonië, en de Meden, gesteund door Mannea en Ellipi, stelde zich meer onafhankelijk op. Rond 677 ondernam Esarhaddon een nieuwe veldtocht tegen Medië, waarna een aantal Medische vorsten zich aan hem onderwierpen.
Het bleef echter onrustig aan de Assyrische oostgrens, waar niet alleen de Meden en Mannaeërs, maar ook de Cimmeriërs en Scythen Assyrië bedreigden. Rond 672 v.Chr. kwam het tot een openlijke opstand van de Meden tegen de Assyriërs onder Esarhaddon. Leider van deze opstand was Kashtariti, heerser van de stad Karkashshi. Het grootste deel van Medië wist zich in deze opstand los te maken van het Assyrische gezag.
De laatste vermelding van de Meden in Assyrische bronnen is circa 658 v.Chr., als Assurbanipal een Medisch stamhoofd die tegen hem in opstand was gekomen, weet te vangen.
De eerste koningen volgens Herodotus
Er zijn verschillende Griekse bronnen over de Meden, maar van deze wordt Herodotus veruit de belangrijkste geacht. Hij noemt 6 stammen, de Bousai, Paretakenoi, Strouxates, Arizantoi, Boudioi en Magoi. De Paratekanoi worden ook in andere Griekse bronnen genoemd.
Herodotus stelt dat de Meden een dynastie van vier koningen had, die samen een periode van 150 jaar omspannen:
- Deioces, regeerde 53 jaar
- Phraortes, regeerde 22 jaar
- Cyaxares, regeerde 40 jaar
- Astyages, regeerde 35 jaar
Cyaxares (Babylonisch Umakištar) en Astyages (Babylonisch Istumegu) zijn ook uit Mesopotamische bronnen bekend, voor de andere twee is dit niet zeker.
In het verleden is Deioces wel geïdentificeerd met Daiakku, een Mannaeïsch lokaal heerser die in opstand kwam, en door Sargon werd gevangen en verbannen naar Syrië, waar hij overleed, maar dit lijkt onwaarschijnlijk. Niet alleen meldt Herodotus niets over een verbanning, ook is niet duidelijk hoe een provinciaal heerser in Mannae in de koningslijsten van Medië terecht kan komen. Een meer logische mogelijkheid is dat Deioces gelijkgesteld moet worden met Daiku, koning van Shaparda, die in 716 schatting betaalde aan Sargon II tijdens een van zijn expedities naar Medië.
Sommige historici menen dat Phraortes overeen zou kunnen komen met Kashtariti. Reden hiervoor wordt gevonden in een Medische opstand uit 522 v.Chr., waarin ene Fravartish (de naam waarvan Phraortes vermoedelijk de vergriekste vorm is) in opstand komt tegen Darius I, en beweert dat hij Khshathrita “uit de familie van Cyaxares” is. Mogelijk was de ene naam de regeringsnaam, de andere de eigennaam, of heeft Herodotus zich door de naamsovereenkomst vergist. Anderen beschouwen deze verklaring als te ver gezocht, en gaan ervan uit dat Deioces en Phraortes inderdaad niet in de ons bekende Assyrische bronnen te vinden zijn.
Deioces geldt voor Herodotus als de stichter van het Medische Rijk; voor zijn tijd waren de Meden verdeeld in onafhankelijke stammen en steden. Deioces maakte zich populair als een onafhankelijke rechter, en liet zich vervolgens tot koning kiezen. Hij maakte van Ecbatana (het huidige Hamadan) zijn hoofdstad, en voerde een uitgebreid hofritueel in.
Onder Deioces’ zoon Phraortes werd het rijk verder uitgebreid met overheersing van buurvolken zoals de Perzen. Uit de archeologie kan worden geconcludeerd dat de Medische expansie zich in deze tijd ook al in andere richtingen uitstrekte. De forten in het oostelijk deel van het koninkrijk Urartu werden vernietigd rond 640 v.Chr. Er is in die regio in die tijd geen andere macht bekend die hiervoor verantwoordelijk kan zijn dan de Meden. Later valt Phraortes volgens Herodotus Assyrië binnen, maar deze aanval mislukt, en Phraortes sneuvelt.
Cyaxares leidde een aanval op Nineve. Een belegering van de stad leek bijna te slagen, maar moest worden afgeblazen omdat de Meden zelf werden aangevallen door de Scythen. Vervolgens overheersten de Scythen de Meden gedurende 28 jaar, waarna Cyaxares hen versloeg en verdreef. De meeste historici vermoeden dat Herodotus zich hier vergist, en dat de aanval op Nineve en het begin van de Scytische overheersing zich tijdens de voorganger van Cyaxares (hetzij Phraortes, hetzij een door Herodotus niet genoemd persoon) moeten hebben afgespeeld.
Cyaxares
Verschillende oude rijken (Elam, Mannea en Urartu) in Iran waren in deze tijd in verval, waardoor de Meden hun invloed konden uitbreiden.
In 626 kwamen de Babyloniërs onder Nabopolassar in opstand tegen Assyrië. In 616 was zijn positie in Babylonië sterk genoeg om Assyrië zelf binnen te vallen. Ook de Meden trokken op tegen Assyrië. In 615 vielen ze Arrapha (het gebied rond Kirkoek) aan, en annexeerden Mannea, een Assyrische bondgenoot. In 614 werden Tarbisu en Assur veroverd. Ook de hoofdstad Nineve werd belegerd, maar tevergeefs. Nadat Assur was veroverd, kwamen ook de Babyloniërs aan, waarop een bondgenootschap werd gesloten. In augustus 612 veroverden de Meden en Babyloniërs samen Nineve, na een beleg van drie maanden. In 610 versloegen de Meden en Babyloniërs de Assyriërs, gesteund door Necho II van Egypte, opnieuw.
Terwijl de Babyloniërs zich bezighielden met het verslaan van de laatste overblijfselen van het Assyrische Rijk, lijken Cyaxares en de Meden hun aandacht naar het noorden te hebben verlegd. In 609 v.Chr. werd Tushpa (het huidige Van), de hoofdstad van Urartu, veroverd en verwoest. In 590 werd Cyaxares in zijn expansie westwaarts aangevallen door Alyattes, de koning van Lydië. Een oorlog van vijf jaar volgde, totdat een zonsverduistering tijdens een veldslag in 585 (de slag bij de Halys) gezien werd als een teken om vrede te sluiten, en de Halys tot grensrivier bepaald werd. Cyaxares overleed korte tijd later.
Ook in oostelijke richting, over het Iraans Plateau en verder, werd de macht van Medië tijdens Cyaxares’ regering uitgebreid. Hoever is echter onbekend.
Het einde
Cyaxares werd opgevolgd door zijn zoon Astyages (Griekse naam, in het Akkadisch Ishtumegu). Over het grootste deel van zijn regering zwijgen de bronnen. In 553 v.Chr. kwam Cyrus, de koning van de Perzen, tegen Astyages in opstand. In de beslissende veldslag liepen Astyages’ troepen over, en leverden hem uit aan Cyrus. Cyrus trok op naar Ecbatana en bracht de Meden onder Perzische heerschappij.
Chronologie
Omdat Herodotus exacte regeertijden voor zijn vorsten geeft, en we van de laatste vorsten ook de jaartallen weten (Cyaxares overleed binnen een jaar na de Slag bij de Halys, dus in 585 of 584, en Cyrus versloeg Astyages volgens Babylonische bronnen in 550 of 549), zouden we kunnen proberen jaartallen aan de vorsten te verbinden. Dit levert het volgende resultaat:
- Deioces ca. 700-647
- Phraortes ca. 647-625
- Cyaxares ca. 625-585
- Astyages ca. 585-550
Dit levert echter problemen als we naar de Scytische overheersing kijken. Volgens Herodotus was deze gedurende de eerste 28 jaar van Cyaxares’ regering, dus van ca. 625 tot ca. 597. Dit zou echter betekenen dat de Scytische dominatie pas beëindigd werd ruim na de val van Nineveh in 612, wat onwaarschijnlijk lijkt. Een mogelijke correctie is om de Scytische overheersing, in plaats van in het begin van de regering van Cyaxares, tussen Phraortes en Cyaxares te plaatsen:
- Deioces ca. 728-675
- Phraortes ca. 675-653
- Scytische overheersing ca. 653-625
- Cyaxares ca. 625-585
- Astyages ca. 585-550
Extra voordeel hiervan is dat de gelijkstelling van Phraortes met Kashtariti chronologisch mogelijk wordt. Anderen echter geven er de voorkeur aan de Scytische overheersing naar achteren te schuiven zonder de continuïteit van de Medische koningslijst te verbreken. Er is ook wel voorgesteld dat Herodotus de regeringsjaren van Deioces en Phraortes omgedraaid heeft, wat zou leiden tot een chronologie als:
- Deioces ca. 700-678
- Phraortes ca. 678-625 (Scytische overheersing ca. 635-615)
- Cyaxares ca. 625-585
- Astyages ca. 585-550
Religie
Over de religie van de Meden verschillen de opinies. Sommige historici vermoeden dat de Meden zoroastristen waren, maar de meer gebruikelijke mening is dat hun religie weliswaar mazdeïstisch van aard was, maar dat de meer specifieke zoroastrische elementen pas aan het eind van het Medische of het begin van het Perzische Rijk algemeen ingang vonden. De Magi, later bekend als zoroastrische priesters, waren van oorsprong een Medische groep.
Taal
Van het Medisch, de taal van de Meden, zijn geen geschreven bronnen, en is dus weinig bekend. Het valt onder de Noordwest-Iraanse talen, en is dus verwant aan het Koerdisch. Om deze reden worden de Meden soms als de voorouders van de Koerden beschouwd. https://nl.wikipedia.org/wiki/Meden
————————
De Meden en de Perzen – Van stammenfederatie tot wereldrijk
De snelle opkomst van het Perzische Rijk is een van de merkwaardigste fenomenen uit de Oudheid. In de tweede helft van de zesde eeuw voor Christus onderwierp deze nieuwe wereldmacht alle landen tussen de Egeïsche Zee en Centraal-Azië, inclusief grootmachten als Babylonië en Lydië. De voorgeschiedenis van dit rijk is echter in nevelen gehuld. Klassieke Griekse bronnen vermelden dat er aan het Perzische Rijk een Medisch Rijk voorafging. De Meden, een aan de Perzen verwant volk, zouden in de periode 700-550 al grote delen van Iran en Anatolië onder hun gezag hebben gebracht. Over dit Medische Rijk is echter zo mogelijk nog minder bekend. Er zijn nauwelijks steden, monumentale bouwwerken of archieven uit de Medische periode aangetroffen en Babylonische bronnen geven nauwelijks informatie over de ontwikkelingen op het Iraanse plateau. Ondanks dit alles zal ik hieronder de voorgeschiedenis van het Perzische Rijk trachten te reconstrueren en de rol van de Meden hierin belichten.
Zowel de Meden als de Perzen waren van oorsprong seminomadische herdersvolken, verdeeld over tientallen stammen. Rond 1000 trokken zij westelijk Iran binnen. De Meden vestigden zich in het noordwesten, de Perzen in het zuidwesten. Zij leefden daar eeuwenlang volgens hun traditionele tribale levenswijze, totdat de Assyriërs in de periode 750-650 noordwest Iran begonnen te koloniseren. Zij eisten van de Medische stammen tribuut in de vorm van strijdpaarden en vee. De plicht om vee en strijdpaarden te leveren dwong de Meden ertoe een centraal georganiseerd fokprogramma op te zetten, wat een meer gecentraliseerd leiderschap vereiste. Van het een kwam het ander en al snel ontstonden er, onder bescherming van de Assyriërs, verschillende Medische chiefdoms. De Medische chiefs lijken hun Assyrische overheersers trouw te hebben gediend. Ze leverden lijfwachten aan de koning en namen in deze tijd waarschijnlijk veel Assyrische gebruiken over. Rond 670 verloren de Assyriërs echter hun grip op de Iran en komen de Medische chiefs er alleen voor te staan.
Rond 650 verdwijnen de Meden uit de Assyrische annalen. Wat er vanaf dat moment gebeurt, is dus niet met zekerheid te zeggen. Traditioneel ging men er, in navolging van de Griekse bronnen, vanuit dat één van de Medische chiefdoms zich in deze periode ontwikkelde tot een staat, die vervolgens de andere chiefdoms onderwierp. Er is echter, zoals al eerder opgemerkt, weinig archeologisch bewijs voor staatsvorming in deze periode. Waarschijnlijker is dat de Medische chiefdoms, zonder de steun van de Assyrische koning, in verval raakten en dat de chiefs slechts met moeite hun machtspositie wisten te handhaven. Om hun inkomen aan te vullen begonnen de chiefs daarom rooftochten te organiseren naar meer welvarende buurvolken. De Meden waren in deze periode echter ook zelf het slachtoffer van de rooftochten van de Scythen. Er was dus anarchie alom. Om zich te verdedigen tegen de Scythen en om grootschalige rooftochten op touw te kunnen zetten, hebben de Medische chiefs zich toen mogelijk verenigd in een losse stammenfederatie.
De bekendste Medische rooftochten staan op naam van ene Cyaxares, de chief van de stad Ecbatana. In 614 viel hij het inmiddels sterk verzwakte Assyrische Rijk binnen, waar hij een bondgenootschap sloot met Nabopolassar, de koning van Babylon, die ook tegen de Assyriërs in opstand was gekomen. Daarop brachten Nabopolassar en Cyaxares samen het Assyrische Rijk ten val. Later heeft Cyaxares nog rooftochten georganiseerd naar Lydië. Door zijn successen in de strijd verwierf hij veel aanzien en rijkdom, waardoor hij uiteindelijk de onbetwiste leider van de Medische stammenfederatie werd. Hij kon zo grote invloed uitoefenen op het Iraanse plateau; niet alleen op de Meden, maar ook op andere Iraanse volken als de Perzen, Parthen, Ariërs, Bactriërs en Margiërs. De goede reputatie van Cyaxares maakte dat zijn zoon Astyages hem probleemloos kon opvolgen. Herodotus beschrijft Astyages als een wrede tiran. Dit wijst mogelijk op diens pogingen om meer macht naar zich toe te trekken. Hiermee werkte Astyages echter de andere chiefs tegen zich in het harnas. Toen de Perzische chief Cyrus in 550 naar Ecbatana optrok, sloten vele Medische chiefs zich dan ook bij hem aan. Samen namen zij Ecbatana in en zetten zij Astyages af.
Door zijn overwinning op Astyages profileerde Cyrus zich als de nieuwe leider van de stammenfederatie en verplaatste hij het machtscentrum van Medië naar Perzië. Deze gebeurtenis wordt daarom gezien als de stichting van het Perzische Rijk. Cyrus leidde de stammenfederatie naar nieuwe hoogtes. Zijn troepen veroverden machtige koninkrijken als Babylonië en Lydië en incorporeerden die in hun rijk. Hierbij liet Cyrus de bestaande administratieve en religieuze instanties intact, aangezien de Iraniërs, vanwege hun tribale achtergrond, nauwelijks ervaring hadden met het regeren van een staatsamenleving. Dat het vroege Perzische Rijk nog erg instabiel was, bleek wel toen na de dood van Cyrus’ zonen in 522 het hele rijk uiteen dreigde te vallen. De Perzische chief Darius, naar eigen zeggen een verre achterneef van Cyrus, wist echter de separatisten te verslaan en ternauwernood het rijk van de ondergang te redden. Om de stabiliteit en continuïteit van het rijk in de toekomst te garanderen, besloot Darius een complexe bureaucratie op te zetten, naar Elamitisch en Babylonisch voorbeeld. Hiermee vormde hij de uit de kluiten gewassen Medisch-Perzische stammenfederatie eindelijk om tot een waar wereldrijk.
Daan Nijssen (1989) behaalde in 2014 zijn Research Master-bul Ancient Studies aan de VU en sindsdien werkt hij aan een onderzoeksvoorstel over de rol van de Meden in de totstandkoming van het Achaemenidische Rijk. Daarnaast is hij actief als hoofdredacteur van Codex Historiae (voorheen Galapas), het geschiedenistijdschrift van de VU, en hoopt hij ooit carrière te maken in de wetenschapsjournalistiek. Zijn interesse ligt bij de beschavingen van het Nabije Oosten en Centraal-Azië, culturele antropologie en de geschiedenis van ideologie.
De Meden en de Perzen – Van stammenfederatie tot wereldrijk