Dierenrechten – Dierenmishandeling

Een werkstuk van een middelbare scholier 4VWO 21- 02- 2003

Inleiding

Waarom heb ik dit onderwerp gekozen? Omdat ik de andere onderwerpen te saai vond of onaantrekkelijk. (Door rood licht rijden, elkaar vermoorden, stelen, enz.). Ik wil gaan vertellen wat de dieren van de mensen meemaken hoe hun recht geregeld is.  Het doel van dit werkstuk is voor mij me te verdiepen in dierenmishandeling en daar een mening over te krijgen. 

Zoekverslag dierenmishandeling

Aan mijn informatie ben ik via verschillende kanalen gekomen.Via boeken, krantenartikelen, tijdschriften, telefoongesprekken, deskundigen, instanties en internet. Deze zoekwegen heb ik afwisselend bewandeld.
Allereerst kopieerde ik uit Vrij Nederland (14-12-02) “Land van kleine angsten” door M. Zonneveld. In de bibliotheek van B zocht ik in de wetboeken naar wetten over dierenmishandeling. Ik kon ze niet vinden.
Via Picarta en de krantenbank wist ik aan een stel goede krantenartikelen te komen en aan titels van boeken en schrijvers die zich erg met dit onderwerp bezig houden.
Op deze manier leerde ik prof. Mr. Dirk Boon kennen die Hoogleraar Dierenrecht aan de Universiteit van Utrecht is.Van hem las ik zijn inaugurele rede (1989), genaamd “De eigen richting van Pluk en het dier in de recht-spraak”. Ook bekeek ik zijn boek “Dierenwelzijn en Recht”.
Van de filosoof Paul Cliteur, hoogleraar te Leiden bekeek ik het boek “Darwin dier en recht” (2002).
Zo ook het bekende boek “Dierenbevrijding” van Peter Singer (1976).
Ik ging naar de rechtswinkel te X om te vragen waar ergens in het wetboek deze wetten staan.
In Amsterdam bleek geen milieuadvocaat, waar dierenmishandeling onder valt, te zijn, hiervoor moest ik bij de rechtswinkel in Alkmaar zijn. De milieuadvocaat B. Meruma (0725143070/ 0229284333) aan wie ik hulp vroeg, zei mij te zoeken op internet onder www.overheid.nl (wet- en regelgeving > zoekvragen > flora en fauna > dierenwelzijn ).
Op deze manier vond ik een wijziging van de GWD.
Met deze titel ging ik naar de bibliotheek Prinsengracht, juridische afdeling, waar ik met behulp van de bibliothecaris de desbetreffende wetboeken vond.
De wetten die ik zocht staan in “Nederlandse Staatswetten, Schuurmans en Jordens deel 27 IV. Gezondheids- en Welzijnswetten voor dieren en deeltje 27 V  De uitvoeringsvoorschriften. Van de artikelen 245, 350 en 455 wetboek van strafrecht, maakte ik een kopie.
Ik ging op bezoek bij de dierenbescherming Amsterdam in de Zeilstraat.
Daar kreeg ik folders en kopieën mee van een boek van Prof. Dirk Boon over wetten i.v.m dierenmishandeling, aangezien ik dat boek noch kon lenen bij de bibliotheek noch kon kopen bij Scheltema Holkema A’dam of Broese Kemink Utrecht. Bestellen kon maar dat zou meer dan 3 weken duren.
Telefonisch heb ik nog contact gehad met de Sofiavereniging die zich inzet voor proefdieren. Maar wegens reorganisatie kunnen ze geen informatie geven. (0206236167).
Daarna belde ik met Varkens in Nood en met de Stichting Wakker Dier, maar niemand kon mij aan cijfers over dierenmishandeling helpen.
In de bibliotheek van de Rechtenfaculteit/Oudemanhuispoort vond ik een uitgave van het tijdschrift Juridische Verkenningen, dat gewijd is aan het dier en recht en ook bovengenoemde inaugurele rede van D. Boon
Een groot deel van mijn zoeken speelde zich af op internet. Aangezien ik thuis geen internet heb deed ik dit op school of in de bibliotheek.
Op school was de internetprovider kennisnet.nl, waarop de computers van school zijn aangesloten, down. Zo’n 3 maal per dag gedurende tien dagen probeerde ik het, voor ze weer online waren.
Via google.nl heb ik naar dierenmishandeling /wet gezocht.
Op de site van de dieren-bescherming vond ik meer informatie dan in hun folders.
Cijfers over dierenmishandeling en opsporing enz. zou de afdeling L.I.D van de dierenbescherming hebben. (Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming). Via hun site op internet kreeg ik geen informatie. Toen ik hen belde (0356257500) verwezen zij mij naar hun  hoofdkantoor in Den Haag. (070-3142700).Van hen hoorde ik dat de cijfers die ze hebben alleen voor intern gebruik zijn en niet aan privé personen gegeven mogen worden.
Via www.rechtspraak.nl > links > voor wie naar juridische info zoekt>C.B.S >kerncijfers of kernindicatoren of statline databank. Hier kopieerde ik een grafiekje.
Echter dierenmishandeling is hierop niet aangegeven maar valt onder het mini kopje “Overige misdaden.” Alleen, dit kopje is veel te klein om alles te kunnen bevatten dat ik al zoekende vond en dat niet geregistreerd bleek te zijn.

Dierenmishandeling

Niemand heeft systematisch geïnventariseerd welke problemen er met dieren spelen en hoe de omgangsvormen tussen mensen en dieren er nauwkeurig uit horen te zien. (Prof. Mr. D. Boon, Justitiële verkenningen dec. 2001)

Wie zijn de dierenslachtoffers? Wat voor mishandeling bestaat er?

Er zijn globaal genomen 4 groepen dieren die allemaal in verschillende relaties tot mensen staan, waardoor de soort van mishandeling ook een andere vorm kan aannemen. In het wild levende dieren, Huisdieren, Landbouwdieren, Proefdieren

In het wild levende dieren. Voor in het wild levende dieren zijn mensen al heel lang de grootste bedreiging. Was het vroeger om te kunnen eten, tegenwoordig jaagt men vooral om het plezier.Het meest gehoorde argument van jagers is dat afschot nodig is om de populatie in stand te houden. Ze doen bijna voorkomen alsof ze oude dieren met slechte levenskansen in laten slapen om lijden te voorkomen. Helaas is de werkelijkheid anders. Veel jacht is nog steeds puur plezier. Een drijfjacht op zwijnen is een feestje en jagers krijgen een kick van het neerschieten van een prachtige ree. Niks pijnloos! Veel dieren slaan op de vlucht, sommigen worden half geraakt en sterven een langzame dood. Jaarlijks worden in Nederland 250.000 fazanten gedood. Dat is niet voor de fazantenstand of omdat we graag fazant eten. Het is puur voor de lol. Om deze lol te kunnen blijven trappen worden ze illegaal uitgezet. Deze tamme dieren lopen niet eens weg voor de jagers. Ze snappen het spelletje nog niet helemaal. Wat wildbeheer betreft is dit hele-maal niet nodig. Een gebied geeft een vast aantal dieren, voldoende voedsel water en be-schutting. Dit wordt de draagkracht genoemd. Zolang de mens niet ingrijpt door te jagen of bij te voeren reguleert de populatie zichzelf. Als er weinig te eten is worden er minder jongen geboren en is de overlevingskans klein. Er is dan wel sprake van natuurlijke schommelingen. Wat schadebestrijding betreft, die de in het wild levende dieren zouden veroorzaken, is dit ook al helemaal niet nodig. Soms gaat het over een schade van enkele honderden euro’s waarvoor bijna duizend reeën worden afgeschoten. Uit gewoonte wordt direct naar het geweer gegrepen terwijl er ook alternatieve middelen kunnen worden gekozen. Bijvoorbeeld het aantrekkelijk maken van andere plekken, of afdekken van gewassen, of afspelen van angstkreten of het inzetten van roofvogels. Volgens schattingen worden jaarlijks gedood door de jacht: 250.000 fazanten, 350.000 wilde eenden, 500.000 houtduiven, 350.000 hazen, 400.000 konijnen. Daarnaast zijn er in Nederland ruim 1,2 miljoen recreatievissers. Onder de vissen is ook veel leed. Vaak breken hengels of lijnen af en de vis ontsnapt hiermee en sterft een ellendige dood. De vis wordt vaak met droge handen uit het water gehaald, waardoor de slijmhuid wordt aangetast. Voor de vis staat dit gelijk met het afrukken van de huid, wat veel pijn veroorzaakt en kan lijden tot de dood. De haak wordt vaak ruw verwijderd, waardoor pijnlijke wonden ontstaan. Ook worden vissen vaak niet goed met een zware klap op de kop gedood. Veel recreatievissers laten hun vissen langzaam stikken in plasticzakken. Onderzoeken hebben aangetoond dat vissen wel degelijk pijn, angst en stress kunnen ervaren. Als er zo’n 1.200.000 recreatievissers zijn in Nederland, hoeveel vissen zullen er dan wel niet per jaar in Nederland worden mishandeld? Er zijn geen cijfers over maar je kunt je enige voorstelling maken.

Wat zijn de regels? De nieuwe flora- en faunawet vervangt oude wetten als de jachtwet, de vogelwet, een deel van de natuurbeschermingswet en de wet bedreigde uitheemse dieren- en plantensoorten. Helaas staat deze wet nog steeds het vrij bejagen van fazanten, hazen, konijnen, wilde eenden en houtduiven toe. De drijfjacht op wilde zwijnen is verboden, terwijl de drukjacht is toegestaan. Verder is onder het eerste kabinet Balkenende weer veel van wat in deze wet geregeld werd, teruggedraaid.

Huisdieren Mensen en dieren leven al eeuwen samen. Meestal omdat de mens er wel brood in zag. Een hond om mee te jagen of voor de bewaking, een kat om muizen te doden, een beer of een aap om mensen een lach en geld te ontlokken. Tegenwoordig zijn onze huisdieren onze beste kameraad en we besteden veel zorg en aandacht aan hen. Helaas denkt niet iedereen er zo over. Dierenleed is ook nu nog aan de orde van de dag. Uitputting, opsluiting, mishandeling en doding van dieren komt dagelijks voor, door onkunde, onmacht en wreedheid. Poesjes die in een gracht worden verdronken. Honden die zich in donkere schuurtjes moeten voortplanten omdat er veel geld te verdienen valt aan een rashond. Circusdieren die in te kleine hokken van hot naar her vervoerd worden.en die onder hete studiolampen rare kunsten moeten vertonen  Mensen die om een of andere reden niet meer voor hun dier kunnen of willen zorgen zetten hun dier vaak op straat. Zo worden jaarlijks duizenden dieren dakloos. Vorig jaar (2002) zijn in asielen 45.000 katten en 26.000 honden opgevangen in Nederland. Ook moeten we de miljoenen tropische vissen, amfibieën, reptielen en zoogdieren niet vergeten die jaarlijks slachtoffer worden van een wereldwijde handel. Dieren die van ver uit de vrije natuur worden geroofd, dieronterend worden getransporteerd en zich hier in een kooi of kom echt niet lekker voelen. Exoten als schildpadden, wasberen, slangen, leguanen en papegaaien zijn zeer populair. Mensen die zulke dieren aanschaffen weten vaak niet waar ze aan beginnen. Ze geven de dieren vaak niet de juiste huisvesting, voeding en verzorging, waardoor vele dieren een vroegtijdige dood sterven. Een nieuw dier wordt weer aangeschaft en het hele proces van angst, transport en gevangenschap begint opnieuw. Denk verder eens aan de mishandeling van dieren uit woede of frustratie, die we wekelijks in de krant kunnen lezen. De gruwelijke gevallen van dierenmishandeling op de kinderboerderijen of van dieren in weilanden.

Vaak schiet de wetgeving te kort om problemen echt aan te pakken, daders zijn meestal onbekend en het ontbreekt aan middelen om hen op te sporen. Controle op handhaving van de wet kost veel tijd en mankracht. Ook dichterbij, in iemands directe omgeving zijn mensen vaak niet aanspreekbaar op ontoelaatbaar gedrag met dieren. Het LID is dagelijks op pad voor de vele gevallen van verwaarloosde honden, katten, schapen, pony’s etc. In beslag nemingen en straffen lijkt vaak op dweilen met de kraan open. Het probleem moet bij de koper worden aangepakt. De aanschaf van een dier moet een bewuste keuze zijn, waarin men beseft hoeveel tijd, geld en energie in het dier zal gaan zitten.

Landbouwdieren. Het houden van vee; Ook deze dieren hebben het recht op een dierwaardig bestaan. Dit komt niet altijd tot uitdrukking in de manier waarop we met ons vee omgaan. In Nederland worden per jaar meer dan 450.000.000 dieren in de veehouderij gemest en geslacht. De wijzen waarop veehouders dit doen loopt uiteen van de vreselijke bio-industrie tot de diervriendelijke scharrelhouderij en de biologische veeteelt. Ruim 95% van de Nederlandse dieren leeft in de bio-industrie. In deze bedrijfstak produceren de arbeiders, d.w.z de dieren in dit geval, zoveel mogelijk vlees, eieren, melk of bont. Op een zo min mogelijke oppervlakte, in een zo kort mogelijke tijd en tegen zo laag mogelijke kosten.

Per jaar zijn er in Nederland 
400.000.000 Vleeskuikens in een te klein hok. Deze worden in ong. 5 tot 6 weken tot een paar kilo vetgemest.  18.000.000  hiervan sterft voortijdig omdat de organen deze snelle vetmesting niet aan kunnen. Zij zijn dus afval.  42.000.000  Legkippen zonder snavel en met hun achterwerk boven een lopende band vanwege de eieren.(50% heeft botbreuken) 
24.000.000 Varkens zonder ruimte om een paar stapjes voor of achteruit te doen. Zonder mogelijkheid zichzelf te verkoelen met een modderbad.. Zonder mogelijkheid met hun snuit, die gevoeliger is dan de menselijke hand in de grond te wroeten, omdat er een ring doorheen zit, of omdat ze alleen een klein stukje betonnen vloer hebben. Zeugen staan in ligboxen en werpen twee maal per jaar op de kale vloer hun jongen. Ze zijn zo gefokt dat ze vaak te grote nesten werpen en daardoor niet zelf alle biggen kunnen voeden. Ze is ingesloten tussen stalen stangen zodat ze haar biggen niet kan platdrukken. De staarten worden kort na de geboorte zonder verdoving afgeknipt. Ook worden ze zonder verdoving gecastreerd, wat grote pijn en stress geeft.
5.000.000  Peking eenden uit Nederlandse stallen waar ze opgepropt zitten zonder enig zwemwater    5.000.000  Kalkoenen die zo zwaar vetgemest worden dat ze op het laatst door hun poten zakken    3.000.000  Konijnen vetgemest in een ligbatterij.
1.300.000  Kalveren in een kist groot gebracht zodat hun vlees malser zal zijn, maar waardoor ze door hun poten zakken.
700.000 Vleesrunderen. Niet geteld:  De vissen. Na het bijna leegvissen van de zee is er nu in de bio-industrie een massa productie van gekweekte paling, zalm, forel en meerval. Deze grootschaligheid gaat ten koste van het welzijn van het dier.

Wat zijn de regels? De regels staan in de Gezondheid- en Welzijnswet voor Dieren. Alleen de regels worden structureel niet nageleefd en de meeste rechtszaken, zo ze er al zijn, leiden tot vrijwel niets, het is een symbool wetgeving dus.

Proefdieren.
Ieder jaar sterven er 750.000 proefdieren in ons land. Op deze duizenden muizen, ratten, kippen, konijnen, cavia’s, ratten en andere dieren worden dag in dag uit proeven gedaan. Proefdieren hebben een gruwelijk leven. Ze zitten alleen of met vele soortgenoten in kleine kooien waarin ze zich vrijwel niet kunnen bewegen en waarin geen te vinden afleiding is. Tijdens de proeven ondergaan de dieren de meest gruwelijke experimentele behandelingen. Het overgrote deel van de dierproeven in Nederland is voor medisch onderzoek. Daarnaast worden ze gebruikt op universiteiten en hogescholen voor onderwijs en onderzoek en voor testen van de giftigheid van stoffen. De laatste jaren is er een nieuwe techniek waar onderzoekers graag  gebruik van maken n.l. genetische manipulatie. De techniek waarbij de mens de erfelijke eigenschappen van een dier verandert, zodat de onderzoekers dieren maken die reuma of kanker ontwikkelen. Dieren lijden vaak aan allerlei met opzet veroorzaakte aandoeningen aan gewrichten, organen en het immuunsysteem, zodat ze niet meer normaal kunnen functioneren.

Wat zijn de regels? Sinds 1977 kent Nederland de Wet op de Dierproeven. Daarin staat dat een dierproef verboden is, tenzij er geen alternatief is en de proef absoluut noodzakelijk is. Daarom heeft iedereen die een dierproef wil uitvoeren een vergunning nodig. Die vergunning wordt verleend door een zogenaamde dierexperiment commissie die de afweging maakt tussen het leed dat het dier wordt aangedaan en het te verwachten resultaat van de proef. In de praktijk blijkt echter dat een dierexperimentencommissie altijd toestemming geeft tot de dierproeven.Van de 500.000.000 euro die jaarlijks voor subsidie gegeven wordt gaat slechts 2.000.000 euro naar alternatief onderzoek zonder proefdieren en dus 498.000.000 naar onderzoek met proefdieren. Terwijl heel goed in veel meer gevallen gebruik gemaakt zou kunnen worden van computerprogramma’s, cel- en weefselkweken of kunstorganen.

Wetten in verband met dierenleed en opsporings instanties, een kort historisch overzicht. In 1864 werd de
’s-Gravenhaagsche Vereniging tot Bescherming van Dieren opgericht. In 1877de landelijke Nederlandsche Vereeniging tot Bescherming van Dieren. Deze vereniging zette zich erg in om wetgeving geregeld te krijgen ter bescherming van dieren. In 1875 leidde dit tot een wet waarin ondermeer het opzettelijk  mishandelen van hond of kat verboden werd. In 1880 kwam er wettelijke bescherming voor enkele zoogdieren. In 1886 kwam er een nieuw artikel in het wetboek van strafrecht (art.254) waarmee dierenmishandeling een misdrijf werd. In 1961 ontstond de Wet op de dierenbescherming. In 1992 de Gezonheids- en Welzijnswet voor dieren. In 1998 de Flora- en Faunawet.

Wetten moeten worden nageleefd. Of dat gebeurt moet worden gecontroleerd. De politie heeft haar prioriteiten niet gelegd bij handhaving van de dierenwetgeving, vroeger niet en nu ook niet. Daarom stelde de dierenbescherming in 1920 haar eigen inspectiedienst in. Dit werd in 1975 de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming.(L.I.D). Momenteel werkt de dienst met 12 beroepsinspecteurs, zij beschikken allen over opsporingsbevoegdheid en worden ondersteund door de ongeveer 200 vrijwilligers. De L.I.D ziet toe op de naleving van de wet, behandelt klachten en voert themacontroles uit. Het L.I.D werkt nauw samen met het A.I.D (Algemene Inspectiedienst) van het Ministerie van Landbouw Natuur en Visserij en de politie.

Enkele belangrijke wetten van nu in verband met dierenmishandeling -Wetboek van strafrecht; art.350, art.254 en 455 oud) 22  Artikel 350, dat gaat over zaakbeschadiging, waarmee dierenmishandeling gelijk gesteld wordt. Er kan ten hoogste 2 jaar gevangenisstraf gegeven worden of een geldboete.Deze straf is nog nooit toegekend.  Volgens artikel 254 kan wanneer er sprake is van opzet wat betreft dierenmishandeling of het onthouden van zorg ten hoogste 6 maanden. worden gegeven of een geldboete. Als de dader binnen drie jaar de zelfde overtreding begaat ten hoogste 1 jaar. In art. 455, dierenmishandeling overig, ten hoogste 1 maand of een geldboete, wanneer iemand een dier nodeloos pijn doet, letsel veroorzaakt of verzorging onthoudt. -Burgerlijk wetboek ( boek 3 en boek 5). 21 – GWD, de Gezondheid- en Welzijnswet voor dieren. (art.1 en 36) 24  Bij de gezondheids- en welzijnswet voor dieren werd de intrinsieke waarde van het individuele dier als grondslag voor dierenbeschermingsbeleid gekozen.

-Flora en Faunawet -Wet op de dierproeven. -Wet milieugevaarlijke stoffen. (genetisch gemodificeerde stoffen e.a.)

In grote lijnen kunnen zaken in verband met dierenmishandeling vallen onder: -Civielrecht -Strafprocesrecht -Bestuursprocesrecht

Het Civielrecht regelt zaken waarbij een eigenaar van een dier voor dat dier opkomt bij mishandeling. Of een dierenbeschermingsorganisatie die voor een belangengroep opkomt. In de regel ondervindt het dier de sterkste bescherming als het bij een eigenaar hoort. Art.350 2e lid wetboek van strafrecht: Het onbruikbaar maken of wegmaken van andermans dier is strafbaar. In de praktijk stelt deze strafbepaling niets voor omdat per jaar slechts eenmaal of enkele malen toepassing wordt gegeven aan deze bepaling. Prof. Boon beschrijft een geval uit zijn praktijk, waarbij een man uit de hand van de cliënt van Boon de riem griste waaraan een heel klein hondje vastzat. De riem slingerde hij vervolgens in het rond, hij liet los en het hondje liet het leven tegen een lantaarnpaal. Bij wijze van schikking met de officier van justitie heeft de dader een boete voldaan van Fl. 250. De actie tot schadevergoeding die de eigenaar vervolgens instelde is tot een debacle verlopen. Zelfs het bewijs dat het wegslingeren van een hond onrechtmatig is jegens de eigenaar moest nog met grote kracht ten overstaan van de Haagse rechtbank bewezen worden.

Het Strafprocesrecht. Vanaf 1996 zijn de artikelen 254 en 455 vervangen door artikelen 36 en37 van de GWD. In artikel 36 staat dat het zonder een redelijk doel bij een dier verboden is pijn of letsel te veroorzaken of de gezondheid of het welzijn van dieren te benadelen. Dus… heeft men een “redelijk” doel, dan mag men het dier niet méér schaden dan ter bereiking van dat doel toelaatbaar is. Met andere woorden, het is strafrechtelijk toegestaan om het welzijn van een dier te benadelen, mits de mate waarin dit gebeurt nog in overeenstemming is met het menselijk belang dat wordt nagestreefd (D. Boon).

Van een echte belangenafweging is het in de rechtspraak nooit gekomen. De weinige gevallen die ooit (laag en veelal voorwaardelijk) bestraft zijn, zijn meer de gevallen die bijzonder ergerlijk zijn en waarvan de daders eerder tragisch dan crimineel zijn. (bijv. 40 katten op een bovenhuis.) Komt de zaak wat moeilijker te liggen dan haken de opsporings- controle- en vervolgingsinstanties af. Of anders haakt de strafrechter wel af. De toepassing die aan de algemene strafbepaling wordt gegeven beperkt zich hooguit tot enkele tientallen gevallen per jaar. Exacte gegevens worden in de statistiek niet bijgehouden. (Prof. D. Boon) Een voorbeeld, toen de dierenbescherming in 1988 bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch klaagde over het achterwege laten van strafvervolging van een boer die de staarten van zijn koeien wegnam door een rubberen knelring aan te brengen, achtte het hof de strafrechtelijke bewijsvoering over de vraag of aan deze dieren onnodig pijn of letsel was toegebracht te gecompliceerd om een verdere strafvervolging te bevelen. Dit was slechts een incident, maar in de intensieve veehouderij gebeuren zoveel dingen op een zoveel grotere schaal, zo structureel, terwijl het strafrecht het in al die gevallen laat afweten. Voorbeeld: Een pluimveedeskundige moest eens gehoord worden en als deskundige aangeven  wat het verschil in dierenwelzijn zou zijn als de oppervlakte in een legbatterij per kip van 400 cm2 ging naar 600 cm2. Hij kon dit niet. Weg strafzaak.(Prof. D. Boon)

Over het gebruik van proefdieren kan worden gesteld dat in de rechtspraakgeschiedenis geen enkel geval bekend is waarin de toelaatbaarheid van de dierproeven is getest 

Overtredingen van de bepalingen waarin staat dat het verboden is dieren uit de natuur te bemachtigen, te doden, te verstoren, hun eieren weg te nemen, er handel mee te drijven, ze te importeren en te exporteren etc. worden in de regel administratief afgedaan als een schikkinkje met de politie of met de officier. Het beginsel in ons recht dat dieren niet mishandeld mogen worden wordt op zeer beperkte schaal getoetst door de strafrechter.(Prof. D. Boon)

Het bestuursrecht. Onder bestuursrecht valt alles wat gebonden is aan vergunningen, zoals dierexperimenten, exploitatie van een asiel, het houden van exotische dieren en jagen. Ook zaken als varkenracen, rodeo’s, palingtrekken, gansslaan… etc. vallen hier onder. Een voorbeeld: De dierenbescherming spande een kort geding aan in Maastricht tegen het spel gansslaan Van een dode gans waarvan de nek is versterkt met ijzerdraad moest geblinddoekt de kop worden afgeslagen met een bot zwaard. De dierenbescherming stelde, dat ondanks dat de gans dood was, dit tot verruwing van de omstanders zou lijden. De Hoge Raad stelde in cassatie vast dat aan een dood dier niet dat respect toekomt, waardoor hij niet tot object van publieke vermakelijkheid zou mogen worden gemaakt.(Prof. D. Boon)

DRIE ZAKEN

EEKHOORNS OP SCHIPHOL Enkele honderden eekhoorns werden per K.L.M vanuit China aangevoerd  met als eind- bestemming Athene. De dieren zaten verpakt in dichte dozen met alleen kleine luchtgaten. Na een tussenstop op schiphol zouden ze verder vervoerd worden. De luchtvaartmaatschappij heeft tijdens het vervoer de verantwoording en dient de internationale wettelijke vervoersbepalingen na te leven. Zij heeft dit willens en wetens niet gedaan. Vervolgens hebben zij de dieren op een walgelijke manier ter dood gebracht.

Tenlastelegging: – Vervoer en opslag van dieren zonder een gezondheidsverklaring.  (De dieren kunnen besmettelijk zijn voor mensen en dieren dus ziekten overbrengen). – Na eerdere waarschuwingen van de AID wederom vervoeren van honderden eekhoorns in kisten zonder hersluitbare deurtjes en zonder van buiten af toegankelijke voedsel- en watercontainers (Dit is tegen de internationale voorschriften van IATA ).  – Het illegaal proberen door te zenden van de lading eekhoorns naar Athene.(Dit is mislukt.) – Het illegaal proberen terug te zenden van de lading naar China. (Dit is ook mislukt.)  – Het niet aanmelden van deze dieren bij de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees.  – Hierdoor is de AID en de RVV de mogelijkheid ontnomen om in een eerder stadium al dan niet in samenwerking met verdachte te zoeken naar een goede wijze van afhandeling.  – Het gedurende twee dagen niet voorzien van water en voedsel aan de dieren. ( Dit had de dood van tientallen dieren tot gevolg.)  – Het toedienen van onjuist voedsel aan de dieren. (Hierdoor verzwakten de dieren nog verder en werden velen ziek.) 

– De leidinggevenden binnen de afdeling Special Cargo, die daartoe niet handelingsbekwaam waren, laten beslissen over de afhandeling (Dit is het terrein van de veearts en niet van mensen op de werkvloer bij KLM.  – De dieren onverdoofd fijn laten malen in een HAKSELMACHINE met ROTERENDE MESSEN. (Dit werd toelaatbaar geacht omdat volgens de deskundige professor van Hoof en enkele andere officiële deskundigen de kortstondige primaire waarschuwingspijn niet langer dan de in de litteratuur aanvaarde norm van 1 seconde had geduurd.)  aanklager: Een dierenarts van de RVV verdachte: KLM en Tianjin Foreign Tradegroup Co.Ltd. rechters: mr. Toeter,mrs Smit en Hol    mr.drs. Rive (griffier). Rechtzitting: 20 maart 2001. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke geldboete van Fl.15.000 met een proeftijd van zes maanden en een directe geldboete van Fl.20.000.

DOOD VAN EEN REIGER De heer B. had een vijver in zijn tuin met goudvissen. Om te voorkomen dat deze goudvissen zouden worden opgegeten door een reiger, had de heer B. draad om voornoemde vijver gespannen. De vogel wist door een opening in het struikgewas toch de vijver te bereiken waarna hij vast kwam te zitten in het opgespannen draad. B. heeft toen geprobeerd de vogel los te maken en te verjagen hetgeen waarschijnlijk de dood van de vogel tot gevolg had.

Tenlastelegging: – Dierenmishandeling, subsidiair dierenkwelling met de dood tot gevolg. – Het verstrikt laten raken van een reiger in opgespannen draad waaruit het zichzelf niet los kon maken.  – Volgens een getuige gaf de heer B. de vogel klappen met de vlakke hand op de poten en vervolgens brak hij het dier de nek achter een boom. – Verdachte laat volgens eigen zeggen toe dat zijn hond de verstrikte vogel bijt. Hierbij treedt het volgende letsel op: een wond aan de rechterborst, een gebroken poot, een wond aan de rechtervleugel, een losgetrokken staartwervelkolom en een gebroken hals. Verdachte geeft toe dat de hond flink heeft gebeten. – Verdachte geeft toe, dat híj, zowel zijn hond als de reiger schoppen heeft gegeven waarna  de reiger dood was.

Aanklager /getuige: was anoniem. Buren zeggen niets gezien of gehoord te hebben. verdachte: dhr. K.C. Berckeheuvel.  officier van justitie: mw. mr. H. van Verschuer.  Haagse politierechter: mr. R. van de Heide. 

Verdachte wordt vrij gesproken, omdat het “onwaarschijnlijk” is dat de hond de nek van de vogel heeft gebroken, maar hoofdzakelijk omdat er teveel vraagtekens zijn. Ook is het hier een punt dat de getuige anoniem is. Dat de heer B. bekend heeft wordt niet geteld.

MAX In Gouda wordt een volwassen bordeauxdog genaamd Max over een schutting heen gegooid. De hond was uitgemergeld en woog slechts 17 kg. Dit type hond weegt gemiddeld 70 kg. Zijn poten zaten onder de etterende wonden. De hond lag in coma en was niet meer te redden. Verplegers van de dierenambulance hebben hem moeten laten inslapen. De vermoedelijke verdachten van dit misdrijf werden op het politiebureau verhoord en waren binnen twee uur weer op vrije voeten. De politie verklaarde dat dieren geen rechten hebben omdat ze geen administratief verleden hebben. De straf die de dader, ene mevrouw Dijkstra, kreeg opgelegd was veertig uur werkstraf en drie maanden voorwaardelijk. De laatstgenoemde straf wordt ten uitvoer gebracht als aangetoond wordt dat de dader binnen drie maanden opnieuw in het bezit is van een huisdier. Mevrouw is verhuisd, heeft binnen de bepaalde tijd wel een huisdier genomen en is niet verder vervolgd.

Nawoord Ik dacht voor maatschappijleer onderwerp “Recht” en “Criminaliteit”iets te maken over dierenmishandeling. Dit leverde me echter veel problemen op, zodat ik bijna wenste een ander onderwerp uitgekozen te hebben. De moeilijkheden waren en zijn, dat aan de ene kant, de kant van de officiële rechterlijke instanties, rechtbanken en ministeries, er geen gegevens zijn over dierenmishandeling en aan de andere kant, als je in de praktijk zoekt naar artikelen en zaken je in een oceaan van mishandeling, onrecht en onvermogen terecht te komt. Het is zo groot en zo veel omvattend. En er wordt zo weinig tegen deze “dagelijkse holocaust” gedaan. En terwijl het zo veelomvattend en zo structureel is ontbreken de statistieken, de grafieken, de cijfers. In de statistieken komt het onder het kleine kopje “overigen” voor. Zie de tabel hierbij. Het heeft me sprakeloos gemaakt en met Prof. Peter Singer, Prof. Dirk Boon en Prof.Paul Cliteur ben ik van mening dat er het volgende zou kunnen worden gedaan:

Dierenrechten moeten in de grondwet. Het dier moet een eigen ombudsman hebben, de wetten moeten worden nageleefd en gecontroleerd. En verder lijkt het me het beste als de producten uit de intensieve bio-industrie zwaar belast worden en de producten uit de diervriendelijke veeteelt gesubsidieerd.

Achteraf ben ik blij dit onderwerp gekozen te hebben, omdat het me liet zien, waarvan ik niet dacht dat het zou kunnen bestaan. Mijn conclusie is:

Er is ontzettend veel criminaliteit van mensen tegen dieren, het is structureel en er is met de huidige wetgeving én door de manier waarop er mee omgegaan wordt, vrijwel niets tegen te doen

Gebruikte boeken en tijdschriften.

Dierenrechten Miles Barton Dieren als werknemers Renate van de Weijer Dieren actieboek Peter Singer Dierenbevrijding Peter Singer Dieren welzijn en recht Dirk Boon Een wet voor het welzijn van dieren Dirk Boon De eigenrichting van Pluk en het dier in de rechtspraak Dirk Boon In het belang van het dier De Jonge en Goewie Darwin dier en recht Paul Cliteur Honderd Jaar op de bres voor het proefdier Jotja Bessems Folders  Dierenbescherming Grafieken  CBS Juridische verkenningen dec. 2001 Allerlei kranten berichten via de krantenbank

Foto Cover: Je ziet de foto waarop Nobelprijs winnaar Prof. Dr. Cornell Heymans een beroemd experiment uitvoert. Deze foto heeft hij met trots in zijn laboratorium hangen.  Bij dit experiment dat betrekking heeft op het bestuderen van de bloeddruk wordt van een hond de kop geheel van de romp gescheiden op de zenuwen na, terwijl deze kop in leven wordt gehouden door het bloed dat uit het lichaam komt van een tweede nog levende hond. De onthoofde lichamen en de ontlichaamde hoofden werden in leven gehouden doormiddel van kunstmatige beademing. Bij dit experiment werd gebruik gemaakt van spierverslappers in plaats van verdoving, omdat metingen anders incorrect zouden zijn!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *